Yannick De Bel Op 20 maart start Hainan Airlines met een tweewekelijkse verbinding tussen Brussel en Shenzhen. Daarmee wordt Brussel de derde Europese bestemming voor de Chinese luchthaven en één van de weinige intercontinentale bestemmingen. Shenzhen is een grote luchthaven met voornamelijk binnenlandse vluchten, maar wil tegen 2025 het aantal internationale passagiers vervijfvoudigen.
Sinds de opening van Shenzhen Bao’an International Airport in 1991 is de luchthaven uitgegroeid tot de zesde grootste luchthaven van China. Shenzhen kon in het jaar 2016 41,98 miljoen passagiers noteren. De luchthaven heeft vooral een uitgebreid binnenlands netwerk maar een beperkter aanbod aan internationale en vooral intercontinentale vluchten.
Van de bijna 42 miljoen passagiers in 2016 namen er meer dan 38 miljoen een binnenlandse vlucht. Dat betekent dat nog geen 3 miljoen passagiers een internationale vlucht nam vanuit Shenzhen. Vooral de nabij gelegen luchthaven van Hong Kong, in vogelvlucht slechts 38 kilometer van die van Shenzhen, trekt het internationale verkeer naar zich toe.
Dat probleem wil de luchthaven van Shenzhen de komende jaren aanpakken. Tegen 2025 mikt de luchthaven op 15 miljoen internationale passagiers, een vijfde van het verwachte aantal. Om dat te verwezenlijken moet de luchthaven vooral nieuwe intercontinentale routes aantrekken. Behalve een uitgebreid binnenlands netwerk is er ook al een relatief groot aantal bestemmingen in Azië vanaf Shenzhen. Het aantal intercontinentale bestemmingen blijft echter achterop.
Brussel is naast Frankfurt (Air China) en Moskou (China Southern) de enige Europese bestemming voor Shenzhen. De enkele andere intercontinentale vluchten gaan naar Dubai, Los Angeles, Seattle, Auckland, Melbourne en Sydney.
De luchthaven van Shenzhen kan dankzij capaciteitsproblemen op de luchthaven van Hong Kong, waar pas tegen 2024 een derde landingsbaan opengaat, misschien de komende jaren een deel van het internationale verkeer van Hong Kong afsnoepen. Een nieuwe hogesnelheidslijn tussen beide steden die dit jaar opengaat, moet daar mee helpen.
Door lagere loonkosten en lagere algemene kosten is de luchthaven van Shenzhen ook een goedkoper alternatief voor Hong Kong. Nu al kiezen inwoners van Hong Kong vaak voor de luchthaven van Shenzhen als ze een binnenlandse vlucht in China moeten nemen. Door de expansie van enkele home based carriers zoals Air China, China Southern en Hainan Airlines moeten ook meer internationale passagiers kiezen voor Shenzhen als startpunt voor een verre reis.
Air China, dat ook voor dertig procent eigenaar is van Cathay Pacific, zit in Shenzhen wel met moeilijke keuzes. Als ze te hard uitbreidt op het internationale netwerk van Shenzhen, verhoogt ze de concurrentie voor Cathay Pacific. Is ze te terughoudend, dan nemen andere maatschappijen zoals China Southern en Hainan Airlines de plaats van Air China in. Voorlopig beperkt ze haar internationale aanbod tot Frankfurt en Los Angeles.
Brussel mag dan misschien wel één van de eerste langeafstandsbestemmingen zijn voor de luchthaven van Shenzhen, wellicht zal er aan dat netwerk de komende maanden en jaren een hoop bestemmingen aan worden toegevoegd. Niet alleen door Chinese maatschappijen maar ook door andere internationale bedrijven die Shenzhen als een alternatief of aanvulling bezien voor Hong Kong. Zo maakte Ethiopian Airlines nog recent bekend dat ze vanaf juni 2018 tussen Addis Abeba en Shenzhen gaat vliegen. Die maatschappij vliegt ook al naar Hong Kong en beziet Shenzhen als een extra mogelijkheid om meer passagiers uit die markt aan te trekken.
De vluchten van Cathay Pacific naar Brussel die in maart van start gaan, hoeven daarom niet meteen concurrentiedruk te ondervinden van de nieuwe route van Hainan. Beide luchthavens hebben namelijk ook een specifieke thuismarkt en vooral Hong Kong is een ideale overstapplaats naar andere bestemmingen buiten China. Net zoals Newark en New York JFK kunnen Shenzhen en Hong Kong perfect naast elkaar leven en elk een mooie portefeuille aan maatschappijen en bestemmingen houden.