F-35 update, Japanse luchtmacht koopt F-35

Bij Lockheed-Martin mocht onlangs trots een nieuwe exportklant aankondigen. Japan, het land dat al sinds jaar en dag Amerikaanse toestellen (of afgeleiden daarvan, zoals de F-2) gebruikt voor z’n luchtverdediging, zal F-35A Lightning IIs aankopen. Het gaat om veertig tot vijftig toestellen, waarvan de eerste vier binnen vier jaar (in 2016, nvdr) worden afgeleverd. De Japanners hebben eerder geprobeerd om de hand te kunnen leggen op een contract voor F-22 Raptors.

Dat ging echter niet door, omdat de F-22 nog steeds als een stuk toptechnologie wordt beschouwd in de VS. Zelfs aan een goede bondgenoot als Japan geeft Amerika z’n spitstechnologie niet vrij, zo schijnt het ons toe. Een ‘Foreign Military Sale’ (FMS) zoals dat dan heet is dus uitgesloten.

Foto: JSF Program Office/Lockheed-Martin

Een van de mogelijkheden waarom Japan de F-22 wou hebben, is de onderschepping van kruisraketten. Japan ligt immers aan de andere kant van de zee die het land scheidt van het, op z’n zachtst gezegd, eerder provocatieve Noord-Korea. De Japanners huiveren bij het idee dat hun land ooit weer aangevallen wordt en willen zichzelf dan ook tegen Noord-Korea c.q. hun offensieve wapens beschermen. De AESA-radar (Active Electronically Scanned Array) van de F-22 zou een bereik hebben van zo’n 200-240 kilometer en ook kleine en bijna onzichtbare doelen (voor een radar) kunnen oppikken – waaronder kruisraketten. Aangezien de F-22 niet echt te koop is, is de F-35 the next best thing voor Japan.

In het verleden was er een gelijkaardig voorval. De F-15 Eagle was toen splinternieuw en zowat de F-22 van z’n tijdperk, toen Japan ook nieuwe jagers nodig had. Slechts twee jaar nadat ze operationeel waren in de Verenigde Staten, kreeg Tokyo toen al de eerste van z’n F-15 Eagles. Deze zijn overigens nog steeds volledig operationeel.

Zoals u een tijdje geleden al kon lezen op onze Facebookpagina, gaat het ook behoorlijk vooruit met de rest van het programma. De eerste tests op een schip, de USS Wasp (een zogeheten “amphibious assault ship” – eigenlijk een klein vliegdekschip) met twee F-35Bs, zijn volledig achter de rug. Na drie weken van tests aan boord van de Wasp, met BF-4 en BF-2, klokte men af op 72 “short takeoffs” en evenveel verticale landingen.

Foto: JSF Program Office/Lockheed-Martin

Er wordt op verschillende locaties gewerkt:

Om te beginnen is er de marineluchtmachtbasis van Patuxent River (“Pax”) in Maryland. Daar worden onder andere de tests met een F-35C op een stoomkatapult uitgevoerd. Eerdere tests met de F-35C werden in Lakehurst gedaan, in New Jersey.

Het principe van de tests in Patuxent River is hetzelfde als op een vliegdekschip: het toestel wordt gekoppeld aan een katapult, waarna het met vol vermogen opstijgt. De F-35C is aangepast voor CATOBAR-operaties (Catapult Assisted Takeoff But Arrested Landing). Dankzij de grotere vleugeloppervlakken en een verstevigd landingsgestel kan het de lanceringen en landingen van en op een vliegdekschip aan.

Foto: JSF Program Office/Lockheed-Martin

Zoals u in een eerder artikel al kon lezen, zijn de gebruikte materialen tevens aangepast om de zoute lucht en de hogere vochtigheid te doorstaan: de omstandigheden waarin een toestel op een vliegdekschip terecht komt zijn zwaar.

Dan is er Florida, op de luchtmachtbasis Eglin. Hier wordt toekomstig onderhoudspersoneel voor de F-35A getraind hoe ze het toestel moeten onderhouden. Het F-35 Integrated Flight Training Center dat zich op de basis bevindt, mocht in de herfst van vorig jaar al AF-13 verwelkomen. Het toestel zal gebruikt worden voor de de opleiding van zowel piloten als onderhoudstechnici. Het is de zesde F-35 die vorig jaar in Eglin werd afgeleverd en een van de minstens 12 toestellen die Lockheed-Martin van 1 januari 2011 tot eind vorig jaar heeft geleverd aan zowel de Amerikaanse luchtmacht (USAF), het Marines Corps (USMC) en de Amerikaanse marine (USN). Eind vorig jaar zijn er nog meer F-35s naar Eglin gestuurd, waaronder BF-6, een STOVL-variant. Deze laatste maakte nog voor het einde van het jaar z’n eerste vlucht. Niet minder dan een zestigtal F-35s zullen tijdens de duur van het programma in Eglin hun thuisbasis hebben.

Foto: JSF Program Office/Lockheed-Martin

De volgende locatie is Fort Worth in Texas. Hier werd in september de stevigheid van de F-35 getest. Tot 150 % van de zwaarste krachten die de F-35 zal tegenkomen heeft men hier van dichtbij bekeken. De F-35 gaf blijkbaar geen krimp.

Vervolgens is er Edwards AFB in de Californische woestijn. Hier is ook een aanzienlijk deel van de F-35-vloot gestationeerd, voornamelijk A-modellen.

In MCAS Beaufort in South Carolina worden dan weer oude hangars vervangen door nieuwe, zodat er voldoende ruimte komt voor de F-35Bs. Het nieuwe F-35B Pilot Training and Simulator Center zal zo’n 78 piloten per jaar kunnen opleiden. De Aircraft Training Hangar daarentegen zal ruimte bieden voor maximaal 7 F-35Bs. Zo’n 18 toestellen kunnen dan weer buiten geparkeerd worden. Er is bescherming tegen de zon voorzien, zodat de toestellen beter beschermd zijn tegen het klimaat en langer in dienst kunnen blijven.

Er is ook minder goed nieuws. Of goed nieuws, als u het vanuit het perspectief van de Amerikaanse belastingbetaler bekijkt. Bronnen van het persagentschap Reuters melden immers dat de productie van zo’n 120 F-35s zouden worden uitgesteld tot in 2016, zodat er meer ademruimte komt voor het volledig ontwikkelen en uitwerken van het toestel. Hiermee kan het Pentagon in de periode 2013-2017 zo’n 15 miljard dollar besparen. Normaal gezien zouden in deze periode 423 toestellen geproduceerd worden, voor zowel de Amerikaanse luchtmacht, de Amerikaanse mariniers én de Amerikaanse marine. Deze aanpak zou deel gaan uitmaken van de begroting die president Obama in februari door het Amerikaanse parlement wil laten goedkeuren. Defensieconsultant Jim McAleese: “Uiteindelijk zal de F-35 wel overleven, maar het is weer een bijkomende vertraging bij de productie.”

Zijn mening is dat het cruciaal is dat het Amerikaanse Ministerie van Defensie vasthoudt aan het oorspronkelijke plan – daarin staat dat voor de drie bovengenoemde diensten er niet minder dan 2443 F-35s zullen worden gemaakt, zo vertelde hij in een gesprek met een Amerikaans weekblad.

Enkele kleinere nieuwtjes

In Groot-Brittannië kreeg men te horen dat de eerste F-35 van het Verenigd Koninkrijk, ook klaar is. Het gaat om een STOVL-model, de B-variant dus. Na de Strategic Defence and Security Review van vorig jaar heeft de Britse regering beslist om de toekomstige vliegdekschepen (de Queen Elizabeth-klasse) te laten ombouwen van STOVL-schepen naar CATOBAR-schepen. In het oorspronkelijke ontwerp was hiermee rekening gehouden, en daarvoor zijn toestellen met een landingshaak onderaan de staart nodig.

Foto: JSF Program Office/Lockheed-Martin

AF-1, een F-35A, behaalde voor het eerst de topsnelheid van Mach 1.6 eind oktober.

BF-6, een F-35B en tevens het eerste productietoestel van deze variant, ging de voorbije herfst voor het eerst de lucht in.